Hertachtigen

Cervidae
Damherten
Reeën

Hertachtigen


In de 25 jaar dat ik in de AWD kom is het aantal damherten enorm toegenomen. Waar je in 2005 nog moeite moest doen om een Damhert te spotten, was het rond 2020 bijna onmogelijk er geen een tegen te komen. Er is in principe genoeg te eten voor heel veel damherten, echter ze eten het liefst kruiden en blaadjes van jonge struiken en bomen. Het effect wordt het duidelijkst zichtbaar bij de enclosures (gebieden met een hek er omheen), daar zie je wel veel kruiden en nieuwe struiken en bomen. Binnen de enclosure bij Pannenland zie je bijvoorbeeld wel heel veel ossentoong, slangenkruid en koningskaarsen, daarbuiten zie je die bijna niet.
Het Life+ project heeft veel struiken verwijderd. Vooral de Amerikaanse Vogelkers, maar die was dan ook enorm aan het woekeren. Ook zijn veel gebieden "geplagd" (verwijderen van de stikstofrijke toplaag) waardoor daar nu ook geen gras en struiken meer groeien. En door de vele damherten komen er geen nieuwe struiken en bomen voor terug. De laatste jaren worden er in de winter vele damherten afgeschoten, waardoor het aantal weer aanzienlijk gedaald is. Maar op de natuur zie je nog weinig effect.

Midden oktober is de piek van de Bronsttijd. Dan burlen de bokken voor de aandacht van de vrouwtjes (hindes). Ook wordt er af en toe om een territorium (Lek) gevochten. Tijdens de bronsttijd zie je overal bronstkuilen. Die worden gegraven door de bokken. Ze urineren daarin en rollen zich daar vervolgens in.
In Mei-Juni worden de kalfjes geboren. De eerste tijd zijn de jongen amper zichtbaar en verstoppen ze zich veel. Daarna zie je ze steeds meer verschijnen.
Bokken werpen in Arpil-Mei hun gewei af. Meteen daarna begint een nieuw gewei te groeien. Dit levende weefsel is een omhult met een bast (een fluwelen huid). Deze basthuid wordt eraf geschuurd in Augustus-September. Waarna het gevechtsklare harde gewei tevoorschijn komt, klaar voor de volgende bronst.
In het eerste jaar heet het mannetje een Spitser, naar het puntvormige gewei zonder vertakkingen. De jaren daarna wordt het een knieper genoemd en heeft het gewei rozenstokken, oogtakken, middentakkken en meestal een vork als geweitop. En uiteindelijk krijgt het gewei dichte platen en wordt een schaufel genoemd (Schaufler is Duits voor schoffel en duidt op de platte vorm van het gewei).

In mei/juni, na een dracht van 230 dagen (Bronst piek 15 oktober + 230 dagen = 2 juni), worden de jongen geboren. In het begin loopt het jong niet altijd mee met zijn moeder, maar verschuilt zich en houdt zich stil. Niet altijd even goed verborgen moet ik zeggen. Het is ook in deze periode dat ik in de buurt van een vossennest een keer een massa slachting onder de damhertjes heb gezien. Dit wordt wel surplus killing genoemd, waarbij vossen en andere carnovoren meer dieren doden dan dat ze op kunnen

Reeën zijn een stuk schuwer dan damherten en zijn daarom ook veel moeilijker te spotten/fotograferen. Je ziet er ook zelden meer dan 1 tegelijk en ze zijn meestal te vinden in de meer open stukken van de AWD. In de NPZK lopen er veel meer. Hun aantal is sterk gedaald in de AWD door verdringing door damherten. Waarneming.nl: 215 waarnemingen in 2009 t.o.v. 32 in 2023, terwijl er tegenwoordig veel meer waarnemers op waarneming.nl zitten!

Zoogdiervereniging: Damherten
Wikipedia: Damherten en Reeën
Vereniging het Edelhert